Recept Kaiserschmarrn – Oostenrijkse pannenkoek

Kaiserschmarrn of Oostenrijkse pannenkoek is hier een topper.  Ideaal voor wie zin heeft in pannenkoeken, maar geen zin heeft in het eindeloos lange bakken.

In de kerstvakantie gingen we op shortski naar Oostenrijk.  Terug naar het hotel en skigebied waar ik leerde skiën nog voor we kinderen hadden en waar ik kennismaakte met de beste comfortfood ever.

Sinds we kinderen hebben gaan we op skivakantie met Intersoc, helaas hebben zij geen accomodaties in Oostenrijk. We zouden sowieso voor Oostenrijk kiezen anders. Niet omdat de sneeuw er witter ziet of van betere kwaliteit is, maar wel voor de heerlijke keuken van Tirol.
Ondertussen komt die keuken ook langzaam België binnengewaaid.  Zeker nu Jeroen Meus de Tiroler Gröstl op Vlaanderen losliet.  Al vergat hij in dat recept wel een zéér onmisbaar specerij dat de Gröstl toch wel de typische smaak geeft: kümmel (in het Nederlands heet dat ‘karwijzaad’ en dus zeker niet te verwarren met komijn zoals je op sommige websites wel eens leest).

Het zal u dan ook niet verbazen dat er hier onder de vrienden al eens een Tiroler avondje georganiseerd wordt.  Zonder lederhosen en dirndl, maar wel met lekker eten.  

Appelstrüdel, backerbsensuppe, frittatensuppe, speckknödelsuppe, käsespätzle,… het gaat hier allemaal heel vlot binnen.  Maar mijn grootste favoriet is toch wel kaiserschmarrn: een soort dikke, kapot gescheurde pannenkoek geserveerd met bloemsuiker, appelmoes en/of bessencompote.

Als ik zin heb in pannenkoeken, maar geen zin of tijd om lang te bakken, kies ik voor de Oostenrijkse variant.

Iedereen is er hier zot van, als ik de rozijnen weglaat ten minste 😉

Wat heb je nodig voor 2 porties:

• 250 ml melk
• snuifje zout
• 3 eieren
• 1 el bloemsuiker
• 160 g bloem
• 1 el room
• eventueel 30 g rozijnen (in rum of sap geweekt)

Bereiding:

De melk, eidooiers, zout, bloemsuiker en bloem goed mengen.  Doe er dan de lepel vloeibare slagroom en het stijfgeklopte eiwit bij.  Eventueel doe je er ook de rozijnen bij.
Giet de helft van het deeg in de beboterde (antikleef)pan zodat je een dikke laag deeg krijgt.  Wanneer de onderkant goudbruin is, draai je hem om.  De bovenkant is dan nog vloeibaar.  Ik gebruik een bord om het klusje te klaren.
Laat deze kant ook kort bakken en scheur hem dan tijdens het bakken in stukken.  Dit kan je met twee vorken doen.  Ik doe dat met houten keukengerei om de antikleeflaag van mijn pan niet te beschadigen.
Laat de stukken pannenkoek nog kort bakken totdat al het deeg droog is.

Serveer met bloemsuiker, appelmoes en/of bessencompote. Ik koop de bessencompote van de Ikea, die van de ballekes, jeweetwel.

Wil je dit graag als dessert, dan kom je met deze hoeveelheden toe voor 4 personen.

Laat het smaken!