Over hoe deze term mij tegenwoordig wat op de zenuwen werkt.
De media hebben er hun mond van vol, van de zogeheten “work – life balance”. Het is het geliefkoosd voorwerp van menig opiniestuk en het onderwerp op tal van blogs, alsook op de onze.
En terecht. Ons leven wordt er niet eenvoudiger op, de maatschappij vraagt steeds meer van elk van ons en zeker voor (jonge) moeders is het niet makkelijk om evenwicht te vinden tussen de kinderen, de carrière, het huishouden, de vriendinnen etc etc etc. En oh ja, dan moeten we nog aan sport doen voor de lijn en wat tijd hebben voor onszelf inplannen.
Opgelet, ik ben er ook zeker van ook menige (jonge) vaders kampen met dezelfde vraag en misschien een schuldgevoel naar hun lieftallige vrouw en kroost toe. Hun situatie kan ik echter niet zo goed inschatten, want ik ben nu éénmaal een vrouw. Zo heeft God het gewild…of de genetica.
Hoezeer ik het toejuich dat het onderwerp besproken wordt en vanuit alle mogelijke hoeken – politiek, filosofisch, romantisch of realistisch – bestudeerd wordt, toch heb ik moeite met de term ‘an sich’. *Nononsonsmutti’s*
De term “work – life balance”, vind ik jammerlijk gekozen.
Allicht heb ik hem in het verleden ook al vaak gebruikt. In het Engels klinken de zaken tegenwoordig al gauw gewichtiger en hipper dan in het Nederlands, maar eigenlijk vind ik het correcter om het over “het-evenwicht-tussen-werk-en-privé” spreken.
Bekt minder goed, toegegeven, maar dekt wel beter de lading naar mijn aanvoelen.
Waarom?
Heel cliché: omdat werk nu eenmaal deel uitmaakt van het leven. In welke vorm dan ook. Veel werk, weinig werk, bureauwerk, bandwerk, buitenwerk, binnenwerk, thuiswerk, huiswerk of helemaal geen werk….
Om voor te houden dat het werk tegenover het leven staat, dat beiden losgekoppeld kunnen worden van elkaar, is niet realistisch. Meer nog, het lijkt absurd.
Het lijkt wel alsof er gezegd wordt: werken is werken, je leeft niet tijdens het werk, leven doe je enkel buiten de werk- of kantooruren.
Je zou je al bijna gaan schamen om toe te geven dat je best graag gaat werken. In het algemeen beschouwd dan, op maandagochtend hebben we er natuurlijk allemaal wel eens wat moeite mee.
Beiden vallen ook niet samen: mijn werk is mijn leven niet, maar mijn werk maakt wel een groot deel van mijn leven uit. Een deelverzameling dus?
Het werk heeft me al veel geleerd over “het leven”. Op het werk maak ik het leven voor sommigen eenvoudiger, voor anderen dan weer helemaal niet. Werk geeft me de mogelijkheid om mijn leven in te richten zoals ik het wil. Misschien niet altijd op de momenten dat ik het zou willen, maar het schept wel mogelijkheden.
Mijn werk plaatst mijn leven in perspectief, zorgt voor nuance en zorgt voor heel wat leven in de brouwerij, goed of slecht.
Voor mij heeft mijn werk heeft dus erg veel te maken met hét leven en mijn leven. Die scheiding tussen “work” en “life” lijkt voor mij op één of andere manier misplaatst.
Of zie ik het helemaal verkeerd en ligt de nadruk op het koppelteken?
Eveline
Laatste berichten van Eveline (toon alles)
- “En viel Klaas Vaak door de mand” - 9 augustus 2016
- Een vakantiekalender voor de Kabouters! - 5 juli 2016
- Lunch met vrienden op zondag = “Vlienie says relax…” - 28 juni 2016
19 april 2016
’t is net om het beter te doen bekken dat de “personal” voor “life” weggevallen is… personal life dus… maar door het wegvallen lijkt het inderdaad wel eens dat er bedoeld wordt dat werk niet leven is en er tegenover staat 😉
1 mei 2016
Van je werk hangt inderdaad veel af, helaas wordt ieder daarop ook beoordeeld (“En, wat doe jij van werk?”) maar soms hebben we die dingen niet helemaal zelf in de hand. Ik mocht dit laatste zelf ondervinden, na een zware operatie begin februari en nu…op zoek naar werk (niet simpel als 40+). Werk waarin men zich goed voelt, zorgt mede voor de juiste balans omdat het simpelweg een groot deel van ieders leven is, werk.